2018-05-18 Reisverslag Noord-Frankrijk
2018-05-18 Reisverslag Noord-Frankrijk
Reisverslag Lens, Arras, Amiens en Leuven, 2 t/m 5 mei 2018
Geschreven door Anja Kool-Overduin
Dag 1
Nog net iets voor 8 uur vertrokken we uit Ridderkerk met de inmiddels vaste chauffeur Frans. Ik vond het spannend van tevoren want dit zou onze eerste reis worden met een groep die elkaar al heel lang kent. De spanning duurde niet lang want ook al was het nog vroeg, de grappen en grollen vlogen al snel door de bus. Een bak verse koffie volgde al even rap en nog voor half tien maakte we een tussenstop in Zeeland bij partycentrum De Geveltjes. Het was alsof je in een Oudhollands museum terechtkwam en wie van spulletjes van vroeger houdt kan hier zijn hart ophalen. Ook wie van een heerlijk groot stuk gebak houdt overigens!
Met een gevulde maag gingen we verder naar Ieper, in België. Wat een mooie stad, prachtige architectuur en dankzij het middeleeuwse verleden kun je er schitterende plaatjes schieten. Zeer indrukwekkend was het monument De Menenpoort, met ongeveer 54.900 namen van vermiste soldaten, onderofficieren en officieren van het Britse Gemenebest. In de poort stond in een nisje herinneringssymbolen voor twee broers, (zie foto). Het gezicht op het portretje bij het kruisje, met poppy, is van Frederick Lelliott en zijn broer Basil Lelliott. Op deze Engelstalige pagina kun je lezen wat er allemaal gebeurde op de dag dat Basil kwam te overlijden. Onder de indruk ging de reis weer verder.
Na een goddelijke lunch van o.a. voedzaam bruin brood met een kruidig karakter dankzij de hop, gingen we naar het Memorial Museum Passchendaele 1917. Wel, als de Menenpoort al indrukwekkend was dan was dit museum dat nog meer. Lopend ging je terug in de tijd en de hele tijd kon ik maar een ding denken, dit is de waanzin ten top, al dat bloedvergieten voor een stukje modderige aarde, onbegrijpelijk! Wat een zegen dat wij nu in vrede kunnen leven. Er was ook een vitrine gevuld met foto’s over de rol die vrouwen speelde in de moeder aller oorlogen, WO1. Zij zorgden voor de voedselvoorziening, namen de plaats in van mannen in fabrieken, trams & kantoren, gingen verkleed als man de loopgraven in, of waren spion voor het leger of verpleegster, én brachten ondertussen ook de kinderen groot.
Tegen half vier gingen we richting het hotel, Lensotel in Lens. We kregen een eigen eetruimte toegewezen, wat best slim was van de hoteleigenaar want zo hoefde niemand zich te storen aan dit bonte reisgezelschap 🙂 Het eten in het hotel was alle dagen even heerlijk en ook het was het goed slapen na een enerverende dag.
Dag 2
Na het ontbijt (waar het nog een hele kunst bleek om een al dan niet gekookt eitje op je bord te krijgen ;)) gingen we naar het Historisch Mijnmuseum in Lewarde. Onderweg hadden we al verscheidene terrils, bergen die opgebouwd zijn uit mijnafval, gezien en nu gingen we meer horen en zien over het mijnverleden in Noord Frankijk. De mijn ingaan tijdens de excursie was trouwens nog een belevenis op zich! We noemen geen namen 😉 maar niet iedereen had trek om met de lift ondergronds te gaan, de mijn lag vroeger 450 meter diep moet je weten. Maar dat was geen probleem iemand van het museum kwam ons ophalen en na een korte wandeling ontmoetten we de rest van de groep weer ‘onder in de mijn’, dachten we. Aan het eind van de rondleiding hoorde we dat we ons bovengronds bevonden en dat het gangenstelsel waar wij doorliepen een kopie was van dat wat vroeger diep onder de grond lag. De rondleiding was super interessant, in de mijn zagen we gereedschappen waarmee kolen werden losgemaakt om via een paard, en later een treinwagon, naar boven te worden gebracht om gebruikt te worden als energiebron voor verwarming of stoommachines. Respect voor de mijnwerkers van weleer die geen keuze hadden om dit werk wel of niet te willen doen, werk dat veel risico’s en gezondheidsproblemen met zich mee bracht.
Na de rest van het museum bekeken te hebben gingen we naar het centrum van Arras, onderweg passeerden we de heuvel Vimy, een strategische locatie en om die reden ook een slagveld in wereldoorlog 1. In 1915 veroverden Marokkanen de heuveltop kortstondig terug op de Duitsers, daarna duurde het tot april 1917 tot de Duitsers definitief verdreven werden door de Canadezen. Honderd jaar later – op 9 april 2017 – vond er een grote Frans-Canadese herdenking plaats in aanwezigheid van de Franse president Hollande en de Canadese premier Trudeau en 28.000 Canadezen.
Arras dan, een mooi en slaperig stadje met zijn beroemde pleinen waar de handel in de 15e eeuw floreerden met wandtapijten, zilver en stoffen. In het stadhuis zagen we de reuzen Colas en Jacqueline, carnavalspoppen. Na een heerlijke lunch op het terras gingen we op zoek naar de Wellinngton tunnels maar die konden we net zoals anderen uit de groep niet vinden. Gerrit merkte op dat dat goed bekeken was door de lokale ondernemers want terrasjes en winkels deden hierdoor goede zaken.
Na een leuke dag met prima weer gingen we terug naar het hotel waar we weer getrakteerd werden op een drie gangen diner met wederom een gratis drankje.
Dag 3
Na een stevig ontbijt zat iedereen (dit keer :)) stipt op tijd in de bus en gingen we op weg naar Amiens. Door Frans werden we wederom verrast met koffie en verse koekjes… die hij woensdag op de heenreis vergeten was 😉 Gerrits voorstel om de mensen in Amiens tijdens het boottochtje te trakteren op het repertoire van de Zangeres zonder Naam of van de Havenzangers haalde het helaas niet, lol.
Amiens is een boeiende stad, met ongeveer 133.000 inwoners en van oorsprong ook een textielstad. De ochtend hier was bestemd voor vrije tijd, Waar je niet omheen kon natuurlijk was de Notre-Dame van Amiens, de grootste gotische kerk van Frankrijk die in de tweede helft van de dertiende eeuw grotendeels voltooid werd. Deze kathedraal is 145 lang en 70 meter breed en een stijve nek van het omhoog staren meer dan waard. Ook de hoogste toren van Europa werd bewonderd. Het befaamde Jules Verne House ging jammer genoeg net dicht toen wij er arriveerde.
Na een lunch en nog een stadswandeling was het tijd voor de boottocht met een elektrische punter langs de drijvende tuinen van Amiens, symbolische eilandjes in het water. De grond is hier erg vruchtbaar, alles groeit er als een tierelier, ook de cannabis, die werd aangezien voor bamboe 😉 De prijs voor een stukje grond hier ligt tussen de 5 en 20 euro per vierkante meter en dat is niet duur maar om hier te willen wonen of recreëren moet je wel een liefhebber van zelfvoorzienend leven zijn, er is geen water, sanitair, elektriciteit, er is niks. De tuinen zijn ook alleen per boot bereikbaar dus ga maar na als je hier iets wilt gaan bouwen. Onderweg hadden we nog een aanvaring met iemand die er de vaart goed in had. Het had zo een scène uit een film of stripboek kunnen zijn, man knalt op andere boot, bedenkt zich geen moment en scheldt vrouw en hond de huid vol. De hond blafte direct terug, de vrouw iets later hoorde we van de groep die na ons kwam, haha.
Onze gondelier sprak trouwens heel goed Engels, bij navraag bleek hij een jaar in Engeland gewoond te hebben en hij gaf aan dat Fransen best goed Engels kunnen spreken, maar dat gewoon niet willen. Goh! En hadden we tijdens het boottochtje al steeds bordjes met ‘Eendenmuseum’ erop gepasseerd, ’s avonds in het hotel stond er eend op het menu en zo was de cirkel weer rond.
Het was goed en indrukwekkend om na een korte en mooie inleiding van Gerrit om 8 uur ’s avonds tijdens de jaarlijkse dodenherdenking met elkaar letterlijk stil te staan, uit respect en ter nagedachtenis van de doden die gevallen zijn in de tweede wereldoorlog en de oorlogen daarna.
Dag 4
De laatste dag alweer, wat gaat de tijd snel. Vroeg op en om 8 uur in de bus naar Chateau de Lassus (een voormalig kasteel dat dateert uit 1550 en gesloopt werd in 1844) voor een rondleiding door de tuin, koffie en veuuuuul gebak. Na een zoektocht met een doodlopend weggetje en hilarisch, een bel die met touw en al naar beneden kwam, werden we hartelijk ontvangen door Nin Van Nin en Karel Hoffesommer, de nieuwe eigenaren van het jachtpaviljoen. Zij is kunstenares; schilder en beeldhouwer en hij ingenieur, tuinarchitect en gids in Brussel, en zij wonen hier als een God in Frankrijk (België) in dit kleine, nou ja, kleine, paradijsje op 5000m2 grond. De kunstcatalogus die we meekregen bij vertrek was aan mij wel besteed!
En allee, op naar bierbrouwerij Domus in Leuven, een kleine brouwerij die rechtstreeks verbonden is met het café. Hier wordt nog met kleinschalige apparatuur ambachtelijk goede bieren gebrouwen. De Con Domus, een licht biertje voor studenten, en de Nostra Domus, een hoog gistingsbiertje, kan men het hele jaar door drinken. De huisbieren smaakten voortreffelijk konden we constateren bij de ruime lunch die we daar ook kregen. De mannen waren blij te horen van de rap pratende en vrolijke gids die ons rondleidde dat bier voor 93 % uit water bestaat, daar kun je goed mee thuiskomen na een avondje doorzakken 🙂 En ook wat de gevolgen zijn van teveel water met hop drinken; iets met een bos hout voor de deur, ahum.
Na de lunch werden we opgesplitst in twee groepen voor een rondleiding door de stad met een gids. In een relatief korte tijd hoorde we over de geschiedenis en historie van de stad en de plaatselijke sagen en legenden. Waaronder die van Fiere Margriet, Margaretha van Leuven, die een standbeeld kreeg ter nagedachtenis en respect maar in de praktijk bleek het standbeeld meer uit te nodigen om te bevuilen met drank en etenswaren. De andere groep hoorde het verhaal over de kotmadam van Leuven, zij is te bewonderen als een verrassend groot standbeeld midden op de markt en zij ziet eruit alsof ze zo met je aan wil pappen.
En de dag was nog niet ten einde, met iets minder praatjes toch wel gingen we nu richting Nederland waar nog een afscheidsdiner geserveerd zou worden. We kwamen hier een uur vroeger dan gepland aan en zo werd naar ik begreep de traditie van een terugreis met hindernissen verbroken. Moe en zeer voldaan nam iedereen halverwege de avond afscheid van elkaar. Het was een fantastische reis geweest!
Heel veel dank aan iedereen voor het organiseren van de reis, aan de chauffeur voor het veilige rijden en zijn prettige gezelschap, en aan de ATC-leden en partners voor alle gezelligheid en plezier. Het waren zoals ze dat zeggen vier fantastische dagen!
Fotoverslag, fotograaf Jan Kooistra (plus enkele foto’s van Anja Kool)